Boomstructuur
Alleen de vrederechter kan beslissen dat je de woning moet verlaten.
Als de verhuurder je uit de woning wil zetten, dan moet hij een beslissing van de vrederechter hebben waarin de overeenkomst wordt ontbonden en je verplicht wordt om de woning te verlaten.
De verhuurder kan je niet uit zichzelf zonder een beslissing van de vrederechter uit huis zetten.
De beslissing van de vrederechter moet je via een gerechtsdeurwaarder officieel bezorgd worden (betekening).
Vanaf het moment van de betekening heb je normaal 1 maand om de woning te verlaten.
Het is mogelijk dat de vrederechter een kortere termijn bepaalt:
- als jij en de verhuurder akkoord zijn over een kortere termijn;
- als je de woning al verlaten hebt;
- als er bijzonder ernstige omstandigheden zijn.
Het OCMW wordt op de hoogte gebracht wanneer iemand uit huis zal worden gezet. Het OCMW helpt je verder binnen de wettelijke voorwaarden.
De uithuiszetting zelf gebeurt door een gerechtsdeurwaarder samen met de politie. Als je geen toegang tot de woning geeft, dan wordt er beroep gedaan op een slotenmaker.
Meer informatie vind je in de vragen onder 'De uithuiszetting'.
Je vindt meer info:
De volledige inhoud van deze fiche is enkel toegankelijk voor leden van HelderRecht.
Om toegang te krijgen: