Je bent net 18 geworden en binnenkort ga je voor de allereerste keer stemmen. Misschien vind je dat eng omdat je niet weet wat te verwachten? Hieronder lees je wat je moet doen.
In België ben je verplicht om te gaan stemmen. Je riskeert zelfs een boete als je niet gaat stemmen.
15 dagen voor de verkiezingen krijg je via de post een oproepingsbrief.
De oproepingsbrief wordt naar je officieel adres gestuurd. Heb je er geen ontvangen, dan kan je er een nieuwe vragen op het gemeentehuis. Je kan er terecht tot op de dag van de verkiezingen (opgelet! tot 12 uur).
Lees aandachtig je oproepingsbrief. Je vindt er belangrijke informatie over:
- de datum van de verkiezingen;
- het adres en het lokaal waar je moet gaan stemmen;
- de uren waarop het stembureau open is;
- wat je moet doen voor de terugbetaling van je reiskosten.
Wat moet je meebrengen als je gaat stemmen?
- je identiteitskaart;
- je oproepingsbrief.
Wat gebeurt er als je je oproepingsbrief thuis bent vergeten? Je kan aan de voorzitter van het stembureau vragen om te controleren of je ingeschreven bent op de lijst van de kiezers. Als hij/zij je naam daarop terugvindt, kan hij je toelaten om toch te stemmen. Opgelet! Je moet wel je identiteitskaart bijhebben.
Als de voorzitter van het stembureau je oproepingsbrief en je identiteitskaart heeft gecontroleerd, krijg je je stembiljet of de chipkaart waarmee je elektronisch kan stemmen. Daarmee ga je naar het stemhokje.
In het stemhokje is het zover. Je gaat stemmen. Je hebt meerdere mogelijkheden:
- Ofwel kleur je het bolletje bovenaan een lijst: je kiest dan voor de volledige lijst, zonder voorkeur voor een bepaalde persoon;
- Ofwel kleur je het bolletje voor de naam van 1 of meerdere kandidaten op dezelfde lijst;
- Ofwel kleur je het bolletje bovenaan en ook het bolletje voor de naam van 1 of meerdere kandidaten op dezelfde lijst.
Je mag niet stemmen op meerdere kandidaten die op verschillende lijsten staan.
Als je gestemd hebt, krijg je je chipkaart terug en drukt de stemcomputer een stembiljet af met een barcode.
Je vouwt het stembiljet op, verlaat het stemhokje en gaat naar de tafel van de voorzitter van het stembureau. Je scant je stembiljet en steekt het in de stembus. Je overhandigt je chipkaart aan de voorzitter.
Je doet hetzelfde als je op een papieren stembiljet hebt gestemd, behalve dat je na afloop je stembiljet gewoon in de stembus steekt.
Vergeet bij het verlaten van het stembureau je identiteitskaart en je afgestempelde oproepingsbrief niet. De stempel op je oproepingsbrief bewijst dat je hebt gestemd.
Je vindt meer info op:
de website van de Vlaamse overheid
de website van het Brussels Gewest
de jongerengids
Gepubliceerd op 20/09/2018.