Voor je verder leest

Het gaat om de inkomsten van de persoon (Belg of vreemdeling) bij wie de vreemdeling komt wonen.  De Dienst Vreemdelingenzaken houdt geen rekening met het inkomen van de partner die gezinshereniging aanvraagt.

Als het inkomen wordt onderzocht voor de verlenging van de kaart van 1 jaar van de echtgenoot of partner van een derdelander kan wel rekening worden gehouden met de inkomsten van de partner. 

Voor Belgen en derdelanders: 

  • Hoeveel moeten de inkomsten zijn? De inkomsten moeten voldoende zijn.

Minstens 120% van het leefloon 'persoon ten laste' per maand. 

In de fiche 'Wat is het bedrag van het leefloon per categorie?' vind je het huidige bedrag van het leefloon met personen ten laste. 

Het maakt niet uit uit hoeveel leden je gezin bestaat, als je dat bedrag maar bereikt.

Er wordt gekeken naar de 12 maanden voor de aanvraag gezinshereniging (de Dienst Vreemdelingenzaken berekent het gemiddelde).

Je bewijst je inkomsten met aanslagbiljet, loonfiches, rekeninguittreksels, pensioenfiches, ...

Als je minder dan 2089.55 euro (bedrag op 1 mei 2024) verdient, betekent dat nog niet dat de aanvraag gezinshereniging automatisch wordt geweigerd. Als je aantoont dat je weinig kosten hebt of nog bepaalde andere inkomsten hebt, kan de aanvraag toch worden aanvaard. De Dienst Vreemdelingenzaken doet dan een ‘behoefteanalyse’.

Enkele voorbeelden:

  • je betaalt een lage huurprijs of je huis is afbetaald;
  • je woont in bij familie en jullie delen de kosten;
  • je beschikt over de inkomsten van het familielid dat gezinshereniging vraagt en hier al werkt;
  • je ontvangt onderhoudsgeld voor jezelf of voor je kinderen;
  • je ontvangt huurgelden uit andere huizen waarvan je eigenaar bent
  • Om wat voor soort inkomsten moet het gaan? 

    Het gaat best om inkomsten uit werk. Inkomsten uit werk in loondienst zijn het gemakkelijkste om te bewijzen. Bij inkomsten uit zelfstandige arbeid heb je pas na 2 jaar een aanslagbiljet en worden de loonfiches die de boekhouder opmaakt niet altijd aanvaard.

    Bij inkomsten uit interimwerk of tijdelijke contracten moet je aantonen dat je al langer dan 1 jaar in dezelfde situatie werkt, anders worden ze niet aanvaard, omdat ze niet stabiel zijn.



    Het kan ook gaan uit om andere inkomsten, bijvoorbeeld: pensioen, tegemoetkoming voor personen met een handicap.

    Er is discussie of de inkomsten van een derde persoon ook moeten worden meegeteld bij de inkomsten van de persoon die al in België woont. De rechtspraak vindt van wel, op voorwaarde dat die persoon over die inkomsten kan beschikken, bijvoorbeeld via een gezamenlijke bankkaart. De DVZ doet daar moeilijk over bij een eerste aanvraag, maar is soepeler bij de verlenging van de kaart.



    De Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) houdt geen rekening met inkomsten uit:
    • leefloon;
    • maatschappelijk hulp;
    • gezinsbijslag;
    • wachtuitkeringen;
    • overbruggingsuitkeringen;
    • inkomstengarantie voor ouderen (IGO). 

      Rond het IGO is er veel discussie: de DVZ vindt dat ze er geen rekening mee moeten houden. Bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen en de Raad van State zijn de meningen verdeeld.
    • werkloosheidsuitkeringen.

      Opgelet! Je mag werkloosheidsuitkeringen wél meerekenen om tot 120% van het vereiste bedrag te komen als actief op zoek bent naar werk of als je bent vrijgesteld van het zoeken naar werk.

 

Bij een gezinshereniging met een Europees gezinslid vergelijkt de DVZ de inkomsten met het leefloon (in plaats van 120% van het leefloon).

Je vindt meer info op de website van de DVZ.

Je vindt meer info:

De volledige inhoud van deze fiche is enkel toegankelijk voor leden van HelderRecht.

Om toegang te krijgen:

Nog geen lid?

Vraag info over onze abonnementen

Ontdek al onze diensten

Attribution - Pas d'Utilisation Commerciale - Pas de Modification 4.0 International (CC BY-NC-ND 4.0) Click op de afbeelding om meer te weten te komen over Creative commons

Misschien vindt u deze fiches ook interessant